Ingrediënten
- bakplaat bekleed met bakpapier
Deeg:
- 400 g volkorentarwemeel
- 100 g patent tarwebloem
- 2 eetlepels havermeel
- 2 afgestreken theelepels zuiveringszout
- 2 theelepels zout
- ongeveer 450 ml karnemelk
- patentbloem
Bij ‘soda’ denkt u misschien aan het sodawater, waar je vroeger je zwerende vinger in moest weken. Maar hier gaat het over dubbelkoolzure soda (natrium bicarbonaat, zuiveringszout), ‘gistsurrogaat’, zoals Van Dale het zo aardig noemt. Laat de Ieren dat niet horen! Zij geven hun inheemse zachte tarwe al sinds begin 19e eeuw rijskracht met bread soda want dat werkte beter dan het gegiste aardappelwater van voorheen. En ze zijn trots op hun vele soorten sodabrood (Arán Soíde). Hier Arán cruithneachta, gegeten met flink wat roomboter en jam bij het ontbijt, of bij de warme maaltijd om de saus op te deppen.
Met zuiveringszout is het even oppassen. Gebruik je teveel of doe je er geen zuur bestanddeel bij, dan veroorzaakt het vrijkomende koolzuurgas een geur – sorry! – van een zwerende vinger. Bovendien moet je bij dit soort deeg zo snel en luchtig mogelijk te werk gaan. Het grootste compliment dat iemand kan krijgen is a light hand with baking, een lichte hand van bakken. Het rijsmiddel begint namelijk meteen te werken.
- Oven voorverwarmen op 225˚C.
- Bloem, haver, zuiveringszout en zout boven het volkorenmeel zeven. Goed mengen. Kuiltje maken.
- Als de oven op temperatuur is, al roerend met een mes, zoveel karnemelk erin schenken dat er geen droge kruimels meer in de kom te zien zijn. Het plakkerige deeg met een paar bewegingen luchtig doorkneden.
- Het deeg overbrengen op de bakplaat; met bloem bestrooien en een ronde plak vormen, 5 cm dik. Bovenop met een in bloem gedoopt mes een diep kruis snijden om ‘de feeën los te laten’, het deeg zal daardoor niet barsten.
- Een kwartier op de middelste richel bakken, dan de oven op 200˚C schakelen en nog 20-25 minuten doorbakken. Een pin moet er droog uitkomen. Laten afkoelen op een rooster. Voor een zachtere korst het brood daarbij in een theedoek wikkelen. Vers eten of in kwarten invriezen en ontdooien in de magnetron of (gesneden) in een broodrooster.