- Janny de Moor - https://www.jannydemoor.nl/nl -

Duivenpastei uit Malta

Ingrediënten

Voor vier:

 

Bakmateriaal:

 

Vulling:

 

Deeg:

 

Erbij:

Malta, werd in de 9e eeuw v. C. bezet door Feniciërs, daaraan hebben de inwoners hun aparte taal met Semitische wortels te danken. En ook hun wijn, want Feniciërs waren geduchte wijnproducenten, die scheepsladingen vol over middellandse zee voeren. In 1999 zijn er nog twee ontdekt die rond 700 v.C. in het oostelijk deel zijn gezonken: er liggen nog zo’n 750 kruiken met zeker twintig ton wijn op 300 meter diepte.

Er was een tijd, schrijven Anne en Helen Caruana Galizia in The Food and Cookery of Malta (Totnes Devon, 1997), dat men fluisterde dat er één druif in elke fles Maltese wijn ging.  Dat was te begrijpen want er ligt niet meer dan 1000 hectare wijngaard op het eiland en dan nog voornamelijk voor tafeldruiven. Maar toch weten bijvoorbeeld Marsovin en Emmanuel Delicata  wijn van exportkwaliteit te maken van inheemse wijndruiven. Daarnaast is er er van geïmporteerde Italiaanse en Franse druiven een redelijk product voor de toerist te koop.

Toen de apostel Paulus in de Romeinse periode schipbreuk leed op het eiland werden de Maltezers zeer vroege Christenen. Later volgde een tweehonderdjarige Moslimbezetting en daarna de regering van de Maltezer Ridders. Vervolgens verscheen Napoleon, waarna Maltezen ook nog eens 150 jaar onder Engels beheer leefden, tot de zelfstandigheid in 1964. En al die invloeden zijn in de keuken te merken: veel Arabische gerechten, maar ook Franse en Italiaanse, dat begon al met de Ridders die buitenlandse koks hadden.

De Johannieter Ridderorde had Malta in 1530 cadeau had gekregen van Keizer Karel de Vijfde. Zij voerden een grote staat, compleet met maîtresses en exotische maaltijden, waar flamingo’s, zwanen en wilde zwijnen, zoals gebruikelijk aan de hoven van toen, geregeld als imposante pasteien ter tafel kwamen. Import dus. Maar Malta is een van de eilanden op de route van de grote vogeltrek en verschillende soorten duiven komen er van oudsher voor. Nog in 1779 werd het jagen op duif, patrijs en haas op het eiland gestraft met 3 jaar dwangarbeid als galeislaaf.  Niet uit nobele zorg voor al wat leeft, maar simpel omdat de hoge heren het weinige wat er op een eiland te jagen valt voor zichzelf wilden houden. Alle hoge heren zijn weg, de Pastizz tal-bċieċen is gebleven, nu onder een nieuw motto: ‘veel maken van weinig’.

 

Wijn:  Goede Maltese wijn (zie boven en ook op de foto) is hier moeilijk te verkrijgen. In plaats daarvan is Italiaanse Gutturnio een goed idee.

 

Menusuggestie: