- Janny de Moor - https://www.jannydemoor.nl/nl -

Kastanjeflensjes

Ingrediënten

Bakmateriaal:

 

Beslag (voor 9-10 stuks):

Vulling:

Tot begin 19e eeuw was de tamme kastanje basisvoedsel van de arme bergbewoners van de Cevennen, Auvergne en Corsica en andere streken waar geen graan wil groeien. Arbre à pain, broodboom noemden ze hem. En nog tijdens de Tweede Wereldoorlog werd er brood gebakken van het meel. Ze gebruikten alles: het blad als veevoer, het hout om huizen te bouwen, de takken om voorwerpen uit te snijden, de bolsters voor compost. Milieuvriendelijk, hard voor de mens. In het Musée des Vallées Cevenoles (St. Jean du Gard) kun je zien hoe ze de kastanjes schilden: met ijzer beklonken schoenen waaronder zware getande ijzeren messen zaten. Geen pretje! Tegenwoordig komt het Cevense kastanjemeel nog steeds van kleine boeren. De makke jannen, half oktober geplukt, gaan minstens 4 weken in een droger, verwarmd door een houtvuur, worden dan machinaal gepeld, met de hand geselecteerd en gemalen op steen. Hier Crêpes de chataîgne gevuld met een andere specialiteit van de Cevennen, een plat geitenkaasje, de Pélardon. Daarbij passen ‘crudités’ (wortel/selderijsalade uit potje) op veldsla.

Als toetje gevuld met honing. Er zijn maar liefst 2000 bijenhouders in dat deel van Frankrijk. Probeer eens aan rozemarijnhoning te komen, de zogenoemde Miel de Narbonne, vanaf de 12e eeuw de beroemdste van het land. Maar acaciahoning is een goede tweede.