Ingrediënten
- ovenbakplaat met bakfolie
Deeg (voor vier stuks):
- 250 g tarwebloem voor brood
- 2,5 g instantgist (Oetker)
- circa 75 ml lauwe melk
- 100 g gekookte aardappel
- 75 g zachte boter
- 1 theelepel zout (2 g)
Bovenop:
- crème fraîche
- gesmolten boter
- zout
- karwijzaad
Asperges:
- 2 kg witte asperges
- 20 g zout
- klontjes boter
Garnituur:
- 250 g gerookte ganzeborst
- (kippeborst kan ook)
- bosje radijs
- kervel
Dätscher noemen ze deze broodjes in de Duitse wijn- en groentestreek Franken (Noord Beieren). Deze Beierse Franken staan bekend als grote liefhebbers van eten en vooral drinken, zozeer zelfs dat ook wie geen Latijn kent, weet dat de kerktorenklok ‘Vinum bonum’ (goede wijn) beiert… Dätscher worden vaak aangeboden bij een wijnproeverij maar passen ook bij de Spargel auf fränkische Art, die je gerust als proeverij kunt opvoeren.
- Zetsel: 50 g bloem mengen met de gist, melk erdoor roeren, kom toedekken. Half uur laten staan.
- Deeg: Aardappel door de pers drukken. Een soepel deeg kneden met deze puree, de rest van de bloem, de boter, het gerezen zetsel en misschien nog wat melk. In 4 bolletjes verdelen en die uitrollen tot cirkels van 25 cm diameter. Oven voorverwarmen op 220˚C.
- De deegcirkels bestrijken met zure room, gesmolten boter erover druppelen, bestrooien met wat zout en karwijzaad; na elkaar in telkens 10 minuten krokant en goudbruin bakken op de middelste richel. Eventuele grote blazen, die na even bakken in de oven kunnen ontstaan, doorprikken met een vleesvork. Vers eten.