Janny de Moor Janny de Moor

Kersentaart uit Rome

Ingrediënten

Bakmateriaal:

  • beboterde vlaaivorm met losse bodem,
  • onderkant 26 cm,
  • bovenkant 28 cm diameter,
  • opstaande rand 2,5 cm
  • 2 vellen bakpapier

 

Deeg (pasta frolla):

  • 250 g tarwebloem, patent
  • 50 g maïzena
  • 125 g poedersuiker
  • 1 ½ theel. bakpoeder (3 g)
  • snufje zout
  • 150 boter op kamertemperatuur
  • 2 eierdooiers
  • 1 ei
  • 1 theel. geraspte citroenschil

 

Vulling:

  • 500 g kersen
  • 200 g goede kersenjam
  • (1 eetlepel marasquin)
  • 50 g verpulverde amaretti

 

Bestrijken:

  • 1 eierdooier,
  • losgeklopt met 2 theelepels melk

Crostata is de meest gebakken taart van Italië en je vindt hem net als onze appeltaart in allerlei variaties. In Rome krijg je hem zelfs bij het ontbijt. Dat doen bijvoorbeeld de hotels van Frascati en Grottaferrata. Meestal alleen met jam: Crostata di marmellata. Maar ook versies van La Nonna, Oma, zijn gewild. Zij combineerde verse vruchten van het seizoen met bijpassende jam, in de kersentijd dus een Crostata di ciliegie. Om de bodem niet te laten doorsoppen gaat er een laagje amaretti-kruim onder de vulling, maar daarom niet alleen: de smaak van abrikozenpitten ondersteunt die van de kersen. De naam is afgeleid van Latijn crustare. In de Romeinse tijd bedoelde men daarmee vooral ‘bedekken met iets hards’, bijvoorbeeld marmer, al komt het woord crustulum (korstje) schaars voor als koek. Wat hartige of zoete taart betreft kwamen de oude Romeinen niet veel verder dan een vulling zonder korst (patina, een soort clafoutis). De eerste crostata vind je pas bij Maestro Martino, Libro de arte coquinaria (Rome, 1465). Een duivenpastei, belegd met gedroogde kersen

  • De droge ingrediënten zeven. De boter met twee messen erdoorheen snijden. Dan ook de dooiers en de rasp. Met een mes doorelkaar roeren tot alle droge bloem is opgenomen. Snel een egaal slap deeg kneden. Verdelen in bollen van circa 400 en 200 g.
  • De grootste bol op een vel bakpapier uitrollen tot 30 cm.diameter. Met papier en al in de vorm leggen, het deeg zachtjes aandrukken. Het papier wat bijknippen.
  • De tweede bol op bakpapier uitrollen tot 28 cm. Op de gevoerde vorm leggen. Minstens een half uur koelen.
  • De kersen wassen. Laten uitlekken op keukenpapier, ontpitten met een kersenpittertje.
  • De oven voorverwarmen op 180˚C.
  • De deegbodem bestrooien met amarettikruim, de kersen erover verdelen. Schepjes (met marasquin) losgeroerde jam ertussen. Het overige deeg in repen raderen. Kruislings over de kersen leggen, randje rondom maken (zonodig de afsnijdsels uitrollen). Met dooier bestrijken.
  • Bakken: onderste richel, 40 minuten. Op een rooster volledig laten afkoelen in de vorm. Met een grote taartschep van het papier nemen en overbrengen op een schotel. Met papier en al op een taartschotel laten glijden kan natuurlijk ook. Aansnijden met een scherp mes. Invriezen kan. In de bakvorm inpakken in clingfolie met daaromheen alufolie. Toegedekt op kamertemperatuur ontdooien (circa 3 uur) of een nacht in de koelkast.

Deel recept